Tags

Een lastige eigenschap van mij is dat ik heel moeilijk gezichten kan onthouden. Als ik mensen 1 keer heb gezien, kan ik ze een volgende keer echt straal voorbij lopen. Ook als ik mensen 2 keer heb gezien. Of 3 keer, of 4 keer. Of nog vaker… Ik doe echt mijn best en kijk goed naar het gezicht en typische kenmerken in het gezicht, maar het lukt me gewoon niet!

Ik kwam op dit onderwerp doordat ik hier de laatste tijd weer meerdere keren mee werd geconfronteerd. Op de peuterspeelzaal kwamen ouders mij feliciteren toen ik Joris bracht en Karlijn mee had in de wandelwagen. En werkelijk waar, ik had die ouders echt nooit gezien. Of waarschijnlijk al wel meerdere keren, maar ik sla de gezichten gewoon niet op! Een paar dagen later liep ik met Karlijn door de stad toen er een vrouw naar me toe kwam. Het eerste wat ik dacht was: ken ik jou en zo ja, waar ken ik jou van? Denk denk denk. Bleek dat mevrouw mij alleen de weg even wilde vragen. GELUKKIG. Ik kende haar dus niet.

Nog een gênant moment, maar toen had ik betreffende mevrouw echt nog nooit gezien. Maar ja, wist ik veel, ik denk immers wel vaker dat ik mensen nog nooit gezien heb. Na de kraamweek van Karlijn wordt er aangebeld. Ik ben boven Karlijn een schone luier aan het geven, Bernd doet de deur open. Hij ziet een vrouw en denkt: zal wel weer een verloskundige zijn die ik niet ken. Stelt zij zich voor als de huisarts. Mevrouw de huisarts mee naar boven, komt in Karlijn haar kamer en ik denk (alweer): ken ik jou, en zo ja, waar ken ik jou van? In de hoop geen flater te slaan, steek ik mijn hand uit en zeg: Volgens mij hebben we elkaar nog niet eerder ontmoet, Petra. Gelukkig zegt zij hetzelfde, maar stelt zichzelf voor als de huisarts. Ik was toch echt in de veronderstelling dat ik een mannelijke huisarts heb, maar blijkbaar nemen artsen elkaars ‘diensten’ soms ook over. En ik was al helemaal verrast dat er een huisarts langs kwam om kennis te maken, want ik kan me niet herinneren dat er iemand na de geboorte van Joris langs is gekomen.

Vroeger, lang lang geleden 🙂 werkte ik als zaterdag- en vakantiekracht bij een opticien. Ook een verrekte onhandige winkel als het gaat om gezichten herkennen. Ik herkende mensen vaak aan hun bril. Als je zoveel monturen ziet, zie je al snel alle verschillen tussen monturen en het lukte me aardig goed om op die manier gezichten te onthouden. Het werd alleen een stuk lastiger als ik een bril moest stellen. Dan moest ik de bril mee naar achteren nemen, hem stellen en vervolgens weer naar de juiste persoon toe in de winkel. Als de betreffende persoon op dezelfde plek was blijven staan, was het nooit een probleem, maar in 9 van de 10 gevallen was meneer of mevrouw een rondje gaan wandelen in de winkel en stond ik daar met een bril in mijn handen. In de hoop dat ik meneer of mevrouw zou herkennen zonder bril op, of, nog beter, meneer of mevrouw mij weer zou zien en op mij af zou komen.

En dan zijn er ook nog mensen, met name vrouwen, die hun haar ineens heel anders hebben zitten de tweede, of derde, of vierde, keer dat ik ze ontmoet. Of dat ze ineens een bril dragen. Of juist ineens geen bril. Dat maakt het voor mij nog eens extra lastig!

Mocht je me dus eens tegenkomen en ik doe alsof ik je niet (her)ken, help me dan even herinneren waar ik je ook alweer van ken, zodat ik mijn hersens niet zo hoef te laten kraken  Want heus, ik doe zo hard mijn best, maar het zit er gewoon niet in. Het stelt me enigszins gerust dat mijn vader er ook last van heeft en dat het misschien toch iets erfelijks is en ik er dus niet helemaal niets aan kan doen 🙂